‘Weet u wat een oxymoron is?’
Met die vraag begint René ten Bos zijn presentatie voor onze groep van managers en professionals. Zijn gemoedelijke Twentse tongval doet al de aanwezigheid van relativeringsvermogen en humor vermoeden. Dat blijkt te kloppen. Niettemin is Ten Bos een kritisch en onafhankelijk denker.
Een oxymoron is een schijnbare tegenstelling. Bijvoorbeeld: ‘reuzengarnaal’, of: ‘jeugdige grijsaard’. Of voor de collegebanken van de universiteiten het voorbeeld van: ‘slimme studenten’. Het zijn begrippen waartussen spanning bestaat.
Die spanning bevindt zich ook in organisaties, aldus Ten Bos.
Zo is er nogal wat spanning tussen het risicomijdend gedrag van managers, en de risicoaccepterende houding van ondernemers.
Ten Bos memoreert dat het dit jaar honderd jaar geleden is dat Frederick Taylor met zijn werk The principles of scientific management de basis legde voor het huidige managementdenken. De geschiedenis van strategisch management weerspiegelt de zoektocht naar financieel succes. Als op zoek naar een heilige graal wisselen de ideeën van management goeroes als Peters en waterman, Porter en Hamel zich af.
.
Ten Bos maakt duidelijk dat hij niet de man is die voor dit eeuwfeest de slingers zal gaan ophangen. De centrale gedachte in het werk van Ten Bos laat zich dan ook als volgt formuleren: Niet alles laat zich ontwerpen, plannen of organiseren.
Niet dat hij een hekel heeft aan lijstjes of een planmatige aanpak. Ten Bos wil ze echter alleen toepassen in situaties die zich daarvoor lenen. Analytische situaties die voldoende statisch zijn om er lijstjes voor te maken. Lijstjes zijn prima om in een voorspelbare omgeving te bereiken wat je wil. Maar ze kunnen je wel blind maken voor je (dynamische) omgeving.
Bij strategisch denken verwijst naar Ten Bos naar de omschrijving van zijn leermeester Frits Haselhoff:
‘Strategisch management is omgaan met spanningen’.
Bij strategisch denken accepteer je volgens Ten Bos dat er situaties zijn met informatie-asymmetrie, dus met het dilemma van imperfecte in formatie is. Terwijl bij een analytische aanpak een vaste situatie wordt verondersteld. Ten Bos waarschuwt voor de ‘paralysis by analysis’, als het in een dynamische omgeving moeilijk wordt om beslissingen te nemen. Een spannende vraag is dan ook hoeveel ruimte je geeft aan desorganisatie in de organisatie.
Hij wijst erop dat het woord ‘ondernemer’ door klanknabootsing een onjuiste vertaling is van het Franse ‘entrepreneur’.
De entrepreneur is niet de man in zaken maar de man ertussen in, ‘degene die je ertussen neemt’.
Verder is de ondernemer de creatieve destructeur; die schept door te vernietigen.
Een fijn college, met een geboeid gehoor.
Geef een reactie